top of page

De Tilburgse opleidingen Muziektheater en Musicaltheater vinden hun oorsprong bij het Brabants Conservatorium en later aan de Fontys Hogeschool voor de Kunsten. In hun bestaan hebben zij een aantal bekende musicalartiesten afgeleverd. Zo studeerden Freek Bartels  en Celinde Schoenmakers aan de opleiding Muziektheater en zijn William Spaaij en Anouk Maas alumni van de opleiding Musicaltheater.

Maar deze vier studenten zijn niet de enige die het goed doen in het werkveld. Zo blijkt uit het laatste onderzoek van de opleidingen Muziektheater en Musicaltheater dat van de alumni van de afstudeerjaren 2010 tot 2014 90% tot 97% constant én momenteel werkzaam is in het vak. Daarvan heeft in de afgelopen vier jaar 70% ten minste één grote rol gespeeld of was daar cover/understudy van. Dat zijn hoge percentages in een periode waarin Nederland getroffen wordt door een economische crisis, die ook zijn sporen nalaat in de cultuursector.

 

Op basis van de successen is in 2012 besloten ook een opleiding Muziektheater Klassiek op te richten, die zich richt op opera en operette, maar gestoeld is op de succesvolle methode en de ervaring van de opleiding Muziektheater. Zij zullen komend jaar de eerste alumni afleveren.

 

Sinds dit jaar vrezen de studenten echter voor het kwaliteitsbehoud van de opleiding. Op korte termijn worden er namelijk een zeer groot aantal ontwikkelingen doorgevoerd op de Fontys Hogeschool voor de Kunsten, met name bij de opleidingen Muziektheater, Muziektheater Klassiek en Musicaltheater, die samen de Academie voor Muziek- en Musicaltheater vormen. De angst voor het verlies aan kwaliteit is ontstaan door de volgende maatregelen.

 

In het Sectorplan “Focus op Toptalent” dat in 2011 werd opgesteld, werd bepaald dat de strenge selectie van het kunstonderwijs verscherpt moest worden, wat zou leiden tot een reductie van het aantal studenten bij de bacheloropleidingen autonome beeldende kunst, muziek (klassiek en jazz) en dans. Fontys deed de belofte om de studentenaantallen in de sector Muziek met 18% te reduceren en  in de sector Dans met 28%. In een poging de opleidingen Muziektheater en Musicaltheater te ontzien, werden zij uit de sector Muziek en Dans gehaald en werd de Academie voor Muziek- en Musicaltheater opgericht, die onder de sector Theater zou vallen; een sector die niet getroffen wordt door de leerlingenreductie.

Deze stap bleek echter onrechtmatig en de Fontys Hogeschool voor de Kunsten kreeg te horen dat ook in deze academie een reductie plaats moest vinden. Voor het komend jaar houdt dat in dat de academie – die normaal 40 studenten aan zou nemen – er nu 9 mag aannemen. Dit verspreid over drie opleidingen, geeft elk eerste jaar drie studenten; een aantal dat te laag is om het profiel van de opleidingen uit te voeren en dat bovendien grote financiele consequenties heeft voor de opleidingen. Zodoende wordt de eigenlijke bedoeling van het sectorplan – de kwaliteit van de opleiding versterken – gefrustreerd. 

 

In 2014 werd de wet Werk en Zekerheid aangenomen. Één van de doelen van deze wet was de positie van de flexwerkers te versterken. Een maatregel die is aangenomen om dit te bewerkstelligen, is de verplichting aan werkgevers om flexwerkers een vast contract te geven als de tijdelijke contracten die zij vervullen 2 jaar overschrijden; eerder was dit 3 jaar. Ook zijn er enkele 'mazen in de wet' gedicht, waardoor het via bepaalde constructies toch mogelijk was werknemers langer in tijdelijke dienst te houden.

Fontys weigert het gros van de docenten die binnen de Academie voor Muziek- en Musicaltheater in aanmerking komen voor een vast contract ook daadwerkelijk een vast contract te verstrekken. Dat houdt in dat een groot aantal docenten moet verdwijnen en de nieuwe docenten niet langer dan 2 jaar les zullen geven op de academie. Dit gaat regelrecht in tegen de bedoeling van de wet Werk en Zekerheid, zoals minister Lodewijk Asscher al meerdere malen heeft aangegeven in de media. Bovendien gaat ten gevolge van het gedwongen vertrek een grote hoeveelheid ervaring en kennis verloren bij de opleidingen; zo moeten vrijwel alle docenten die zijn aangenomen bij de oprichting van de opleiding Muziektheater Klassiek vertrekken, omdat de opleiding drie jaar bestaat. Voor alle drie de opleidingen kan er verder geen garantie gegeven worden dat de nieuwe docenten – die overigens nog gevonden moeten worden –  van dezelfde kwaliteit zijn als de vertrekkende docenten. Bovendien zullen zij zich moeten inwerken in de nieuwe opleiding; daar is weinig tijd voor, gezien ook zij na 2 jaar waarschijnlijk weer zullen moeten vertrekken.

 

Sinds 2015 is Karen Neervoort algemeen directrice van de Fontys Hogeschool voor de kunsten. Zij volgde interim-dirececteur Harm Noordhof op, die werd aangesteld nadat in 2014 Rien van den Vleuten opstapte. Afgelopen april sprak zij de ambitie uit om de Academie voor Muziek- en Musicaltheater om te vormen tot één grote opleiding Muziektheater. Hierin zou er een gemeenschappelijke propedeuse gevormd worden; na het behalen daarvan zouden de studenten kunnen uitstromen in verschillende profielen. Daarmee wil mevrouw Neervoort een verbreding van de opleiding realiseren.

Hoewel de bedoelingen goed lijken te zijn, voorzien wij grote problemen voor het kwaliteitsbehoud van de opleidingen. Deze hebben zeker raakvlakken, vandaar dat zij verenigd zijn in een academie, maar verschillen inhoudelijk te veel om zo maar samen te voegen. Qua lespakket richt Musicaltheater zich meer op dans en Muziektheater zich meer op zang, waar Muziektheater Klassiek zich richt op het klassieke werkveld. Een operazanger heeft in zijn eerste jaar weinig aan het studeren van popmuziek. Als iemand die al sinds zijn vierde balletlessen volgt in de balletles komt te staan bij iemand wiens danslessen op een hand te tellen zijn, is het bieden van passend onderwijs nagenoeg onmogelijk. Dit zal één van de twee studenten –  en in het ergste geval: beide –  beperken in hun ontwikkeling.

Bovendien worden de studenten reeds zeer breed opgeleid: op alle drie de opleidingen krijgen zij spel-, zang- en danslessen, die worden aangevuld met de benodigde theoretische vakken. Deze brede basis is de kracht van de opleiding, maar wel binnen een afgekaderd specialisme. Een algemene verbreding zou leiden tot het verlies van die specialismen, wat de concurrerende vaardigheden van de studenten verzwakt. Zelfs al gaat dit maar om één jaar, dan is dit één jaar verlies, terwijl kunstopleidingen tegenwoordig al één tot twee jaar korter duren dan vroeger.

 

De studenten en docenten van de Academie hebben de hierboven genoemde bezwaren al frequent aangegeven bij het Management Team van de Fontys Hogeschool voor de Kunsten, bij zowel de interim-directeur Harm Noordhof als bij de nieuwe directrice Karen Neervoort en bij het College van Bestuur. Dit is gebeurd vanuit de artistiek adviseurs, de Onderwijs Commissie en de studenten van de opleiding. Ondanks de vele gesprekken, het erkennen van de geldigheid van een aantal van onze argumenten, het toegeven van de miscommunicatie die heeft plaatsgevonden en het uitspreken van hun medeleven over bepaalde maatregelen, weigert het Management Team om een verandering door te voeren in het geplande beleid. Dit, in combinatie met het feit dat studenten voortdurend worden doorverwezen van de een naar de andere leidinggevende en het zeer moeilijk is om een gesprek te kunnen voeren met het Management Team, heeft de studenten van de Academie voor Muziek- en Musicaltheater sterk de indruk gegeven dat er een groot gebrek is aan medezeggenschap van docenten en studenten.

 

Het doel van studentenbeweging Het Akkoord is om ten minste kwaliteitsbehoud voor de opleidingen in de Academie voor Muziek- en Musicaltheater te garanderen.

 

Om dit te bewerkstelligen, zijn de volgende punten een vereiste:

  • Het aanwezig zijn van voldoende studenten om het beoogde profiel van de opleidingen daadwerkelijk te kunnen realiseren; oftewel: het aanwezig zijn van voldoende kritische massa.

  • Het ontwikkelen van een gedegen beleidsplan voor de aanstellingen van docenten, waarbij kwaliteit de leidraad wordt in plaats van angst voor financiële risico's. Dit moet reeds consequenties hebben voor de docenten die momenteel geen contractverlenging krijgen ondanks goed functioneren.

  • Het behoud van de drie opleidingen Muziektheater, Muziektheater Klassiek en Musicaltheater en het verwerpen van het beleidsplan om deze opleidingen om te vormen tot één grote opleiding Muziektheater.

  • Het bieden van meer inspraak aan docenten en studenten van de Fontys Hogeschool voor de Kunsten.

 

Als Studentenbeweging wil Het Akkoord niet alleen ons standpunt profileren, maar ook op een constructieve manier bijdragen aan het creëren van een beleid waarin aan deze vereisten voldaan wordt, om zo kwaliteitsbehoud voor de academie te garanderen.

 

MANIFEST

bottom of page